Dag 10

Heilige Herrie Adventskalender dag 10

Bijbeltekst: Jona 1: 1-3

De verkeerde weg op gaan

Doen wat God wil, het klinkt zo makkelijk. Wat dom van Jona dat hij dat niet direct deed. ‘Maak je gereed en ga naar Nineve’, hoe moeilijk kan het zijn… Maar Jona vlucht juist zo ver mogelijk van God. Waarom zou je dat doen? Waarom zou je niet gewoon doen wat God van je vraagt, want zeg nou zelf, juist het verhaal van Jona vertelt hoe je nooit ontsnapt aan Gods plan. Toch?

Of is het verhaal van Jona veel meer een spiegel? Een spiegel voor ons. Jona, de zoon van Amittai, wat trouwens waarheid betekent, houdt ons denk ik een levensgrote spiegel voor. Niet omdat wij ook door grote vissen opgeslokt gaan worden. Want zou dat wel echt gebeurt kunnen zijn…

Ik denk dat juist in het hele verhaal we door God voor de spiegel worden geplaatst. Want hoe vaak in onze levens maken we wel niet keuzes. Misschien niet expliciet keuzes waarin we de hand van God ervaren, of keuzes waarbij we het gevoel hebben dat we een opdracht krijgen van God. Maar hoe vaak maken wij niet soortgelijke keuzes als Jona. Als het gaat om de grote thema’s van onze tijd, of in onze eigen levens. Wat is dan onze keuze, juist wanneer goed en kwaad moeilijk te onderscheiden zijn, wanneer hemel en hel dicht bij elkaar liggen?

Waar ligt dan ons Ninevé, of waar zoeken wij Tarsis? Kiezen we hetzelfde als Jona, gaan we op de vlucht, kijken we weg wanneer er een beroep op ons gedaan wordt? Of houden we het licht voor ogen, om zo met open armen te blijven leven, het leven waar hemel en hel soms verdacht veel door elkaar lijken te lopen.

Schrijf Je Nu In En Ontvang Elke Dag Een Reminder

Invalid email address

Jona 1: 1-3

Jona vlucht voor de Heer

 
1De Heer zei tegen Jona, de zoon van Amittai: 2“Ga naar de grote stad Ninevé. Zeg tegen de bewoners van Ninevé dat Ik hen ga straffen voor alle vreselijke dingen die Ik daar heb zien gebeuren.” 3Maar Jona wilde niet gaan. Hij probeerde naar Tarsis te vluchten, weg van de Heer. Hij wilde de Heer niet meer dienen. Hij reisde naar de havenstad Jafo en vond daar een schip dat naar Tarsis zou varen. Hij betaalde om mee te mogen en ging aan boord. Zo ging hij op weg naar Tarsis, op de vlucht voor de Heer.