Dag 16

Bijbeltekst: Ruth 2: 14-20

Bijbel lezen

” ‘Integendeel, jullie moeten juist wat halmen voor haar uit de bundels trekken en die laten liggen, zodat zij ze op kan rapen.’” 

Racoon maakte tot 2020 niet zoveel Nederlandstalige nummers, maar de nummers die ze in onze moerstaal schreven, zijn stuk voor stuk zeer ge(s)laagde nummers (Oceaan en Het is al laat toch). En in 2021 kwam hun volledig nederlandse album uit (Spijt is iets voor later). Een van de nummers op dit album is ‘De echte vent’.

In dit nummer vraagt Racoon hardop af, wat nu echte mannelijkheid is. Is dat stoer en pesterig gedrag, kijken wie het meeste kan verdienen, drinken, en zo de ander voorbij kan streven? ‘Zeg mij wie het verste piesen kan.’ Of is de echte vent degene die daarom kan lachen en er juist niet aan meedoet? Voor wie andere waarden gelden, dat de geldende mores van de groepscultuur? ‘Oh, wie loopt weg, wie durft het aan, om voor een ander op te staan, die hij niet kent, wie is de echte vent.’

De vraag stellen lijkt hem beantwoorden, althans Racoon. Wie is de echte vent in het verhaal van Ruth? Boaz is vaak afgebeeld als een stoere vent op de akker. Maar van machogedrag kunnen we hem niet betichten. Juist niet, hij laat zich van zijn gulle kant zien, en dat voor een vreemdelinge op zijn akker. Hij gaat niet mee in het xenofobische sentiment van zijn omgeving, maar doet aan haar recht zoals de Tora dat ook voorschreef. En zelfs meer dan dat.

In het verhaal wordt duidelijk: Boaz is de echte vent. En jij, hoe wil jij als mens leven? Waar of voor wie sta jij op?

Schrijf Je Nu In En Ontvang Elke Dag Een Reminder

Invalid email address

Ruth 2: 14-20

Ruth gaat werken bij Boaz

14Toen het etenstijd was, zei Boaz tegen haar: “Kom bij ons zitten en eet met ons mee. Je mag je brood bij ons in de wijn dopen.” Ze ging bij de maaiers zitten en kreeg van Boaz geroosterd graan. Ze kon eten tot ze genoeg had en hield zelfs nog over. 15Toen ze was opgestaan om verder te werken, zei Boaz tegen de knechten: “Laat haar ook graan verzamelen tussen het koren dat jullie al in bossen gebonden hebben. Zorg dat ze genoeg vindt. 16Laat bij het werk af en toe expres wat voor haar op de grond vallen. Dan kan ze dat oprapen. En laat haar met rust.” 17Zo verzamelde ze graan tot het avond werd.
 
18Ze nam alles mee naar huis en liet haar schoonmoeder zien hoeveel ze verzameld had. Ook bracht ze geroosterd graan mee. Dat had ze overgehouden van de middagmaaltijd die Boaz haar had gegeven. Toen vroeg Naomi: 19“Waar ben je vandaag dan geweest? Bij wie heb je gewerkt? God zal de man belonen die zo goed voor je is geweest!” Ruth vertelde: “De man bij wie ik heb gewerkt, heet Boaz.” 20Toen zei Naomi: “Ik dank de Heer dat Hij goed is voor ons en onze gestorven mannen! Boaz is familie van ons. Daarom is hij verantwoordelijk voor ons. Hij moet voor ons zorgen nu onze mannen niet meer leven.”